De mama of papa schommel
Nodig : een kussen

Ga op de grond zitten en leun ergens tegen. Trek uw benen iets naar u toe en leg uw baby op zijn rug tegen uw bovenbenen. Zijn hoofdje ligt op uw knieën en zijn billen liggen in uw schoot. De benen van uw kindje zijn gebogen.
Wanneer u nu uw benen zachtjes naar rechts en links beweegt – een beetje schommelt dus – zal uw baby proberen de veranderde positie te volgen door zijn hoofdje heen en weer te balanceren. Op deze manier leert hij om zijn hoofdje stabiel te houden.

Vliegen op een bal
Nodig : een strandbal of een grote bal

Leg uw baby op zijn buik op de bal . Zijn borstkas en buik raken de bal, zijn voetjes raken de grond. Hou je baby goed vast net onder zijn oksels. Beweeg hem nu op de bal liggend zacht naar voren en weer terug. Uw baby zal al snel enthousiast gaan trappelen tegen de bal.  Als hij het spelletje al kent en zich er goed bij voelt, hoeven de voetjes van de baby de grond niet langer te raken. Heen en weer gaan op de bal is ook heel erg leuk!

Spelen met grote dingen
Nodig : een grote lichte bal (strandbal is ideaal) en een touwtje

Leg de baby op zijn rug op een zachte ondergrond. U laat hem de strandbal zien, waaraan een touwtje bevestigd is. Houd de bal boven de buik van de baby, nooit boven zijn gezicht (schrikt af). Allereerst zal uw baby de bal per toeval aanraken, maar na verloop van tijd zal hij er met zijn handen naar slaan. Vervolgens voelt hij eens aan de bal en dan zal hij proberen de grote bal vast te grijpen.  In de vijfde of zesde maand zal uw baby met handen en voeten de bal vastgrijpen! Voor uw baby is het een grandioze ervaring om zo’n grote bal alleen te kunnen vasthouden.

Knie – ritjes

Op de leeftijd van vier maanden heeft je baby nog heel veel steun nodig onder de armen wanneer hij bij je op schoot zit. Naarmate hij ouder wordt, worden de spieren in zijn rugje sterker. Je baby krijgt steeds meer controle over zijn lichaam en zal steeds minder steun nodig hebben.  Knie – ritjes versterken de spieren in zijn rug en leren je baby zijn eigen gewicht te dragen.

Ga zitten met je baby op je bovenbenen, met zijn gezichtje naar je toegekeerd. Hou je baby goed vast onder zijn armen.  Schuif naar het puntje van je stoel/zetel en zet je tenen stevig op de grond. Wanneer je nu je hielen optrekt en weer laat zakken, gaat je baby vanzelf in de beweging mee.

Een rustig versje om mee te beginnen is :

Op een grote paddestoel

Op een grote paddestoel, rood met witte stippen
(beweeg met twee benen tegelijkertijd)
Zat kabouter spillebeen, heen en weer te wippen.
Krak! Zei de paddestoel
( spreid je benen en laat je baby zakken in je armen)
met een diepe zucht, vlogen beide beentjes HOPLA in de lucht
(baby voorzichtig laten vliegen door de lucht)
Houd je baby van wat meer actie? Dan is dit een aanrader!

Een damespaard

En een … damespaard, en een damespaard, en een damespaard gaat ZO.
(beweeg beide benen tegelijkertijd heel rustig)
En een … herenpaard, en een herenpaard, en een herenpaard gaat ZO.
(voer het tempo op en ga sneller)
En een … boerenpaard, en een boerenpaard, en een boerenpaard gaat ZO.
(beweeg de benen om beurten, maak heel grote bewegingen zodat je baby gaat schommelen en hobbelen
En toen zat er een .. GAT in de weg!
(benen spreiden en baby opvangen in je armen)

! TIP ! Probeer deze versjes ook eens in bad! In het water heeft je baby meer controle over zijn spieren.

De Toren van Pisa
Nodig : blokken

Met blokken spelen vindt elk kindje wel leuk. Vooral als het kindje de toren mag laten omvallen! Met dit versje doe jij voor hoe je zo’n toren bouwt en je baby kan hem met veel plezier laten omvallen.

Torentje, torentje, torentje rond.
(stapel enkele blokjes op elkaar)
Torentje staat op de grond.
Bim Bam Bom .. en het torentje valt .. om !
(laat je baby de toren omver duwen en doe alsof je schrikt!)

Als je kindje wat groter is, kan je ipv blokjes papieren bekertjes gebruiken en de toren laten omver blazen! Of als hij al goed kan mikken met een bal, de toren laten omver kegelen!
Hij zal er eindeloos plezier in hebben!

Wat zit erin?
Nodig : een schoenendoos of een andere grote doos (snij in het midden van de doos een gat, net iets groter dan de hand van uw kind), enkele speeltjes, drie tot vier kleurrijke zakdoekjes of sjaaltjes

Leg een paar speeltjes in de doos en knoop de sjaaltjes aan elkaar. Leg ook de sjaaltjes in de doos. Doe het deksel op de doos of klap de doos dicht en wacht af .. Zodra jouw kindje een doos ziet zal het deze zeker willen onderzoeken. Als je baby kan zitten, zet je baby dan voor de doos op de grond. (desnoods met enkele kussens erachter)

Krijg je geen reactie op de doos? Wel, steek je hand in het gat en beweeg de speeltjes,zodat ze lawaai maken. Nu zal je baby ‘s nieuwsgierigheid zeker gewekt worden. Of trek eens aan de sjaaltjes door het gat .. een lange gekleurde slang eruit trekken , dat is pas leuk!

Wissel af wat je in de doos steekt en naarmate je baby groter wordt kan je gaten kleiner of groter maken en er meerdere gaten insnijden.

Spelletjes tijdens het verschonen
Een kriebelspelletje kent drie elementen : een versje of een zelf verzonnen tekstje, een spannende manier van vertellen en vingers om mee te kriebelen!
Voeg deze drie samen en je hebt een spelletje waar je je baby eindeloos mee kunt bezig houden. Succes verzekerd!
Heel eenvoudig versje :

Daar komt een muisje aangekropen
Sluip op het ritme van je woorden langzaam met je vingers over de buik van de baby richting zijn hals. Bij het laatste stuk laat je je vingers rennen en ga je over op kietelen.

Daar komt een muisje aangekropen, zo in ………………. (naam van het kind) halsje gekropen!

Denk ook eens aan beest dat kan vliegen. Een bij misschien?
Draai al zoemend met je vingers cirkels in de lucht, laat je vingers steeds dichterbij komen. Bouw de spanning langzaam op. Je baby zal de bij met zijn ogen proberen te volgen. Laat de bij op het allerlaatste moment met een zachte zoem plots op het neusje van de baby zitten.

Daar komt een bijtje aangevlogen
Daar komt een bijtje aangevlogen. Hoog .. Heel hoog daarboven in de lucht!

Het vliegt rond en rond en rond .. en land met een zucht!

Met je handjes kun je klappen
Zeg volgende zinnetjes en doe er de bewegingen bij.

Met je handjes kun je klappen  > Neem de handjes van je baby vast en klap ze tegen elkaar aan.
Met je voetjes kun je stappen > neem de voetjes vast en laat ze stappen op het verzorgingskussen.
Met je teentjes kun je wiebelen > Neem de teentjes vast en beweeg ze één voor één heen en weer .
Met je vingertjes kun je … Kriebelen ! > kriebel nu je baby over zijn beentjes naar zijn buikje tot onder zijn kinnetje !
Na verloop van tijd kent je baby dit spelletje en begint hij al te lachen zodra je zijn handjes vastgrijpt op het verzorgingskussen.

De maan is rond
De maan is rond, de maan is rond.  > teken met je vingers tweemaal een cirkel op de buik van je baby .

Hij heeft twee ogen. > teken twee ogen .
een neus. > teken een neusje.
en …             een mond !!!  > geef een kusje op zijn buik.